Elke ochtend waggel ik uit bed richting woonkamer waar het alarm gaat op mijn telefoon. De telefoon neem ik mee terug in bed, en onder de dekens zie ik wat Amerikaanse wetenschappers ’s nachts geblogd hebben, en of het buiten regent of niet, en wat er op de voorpagina van de nrc.next staat die 5 meter verderop in de gang ligt.
Sinds september heb ik ook elke ochtend een mail van De Correspondent, een nieuw online medium, reclame- en nieuwsvrij, dat ‘de waan van de dag’ probeert te ontstijgen. In De Correspondent staat dan bijvoorbeeld dat het bbp een absurde maat is om te meten hoe het gaat met de economie, of dat de focus op innovatie stompzinnig is, of dat het onderwijssysteem met roosters en lesuren niet werkt, of dat ons hele democratische systeem niet meer functioneert. De Correspondent gaat elke ochtend als een sloopkogel door mijn vaste setje veronderstellingen, aannames en andere gekoesterde waarheidjes heen.
Het is een buitengewoon onaangenaam begin van de dag. Alsof ik mijn washandje heb ingewisseld voor een schuurpapiertje. De artikelen van De Correspondent zijn best goed, maar missen elke urgentie en eindigen daarom consequent op mijn to-do-lijstje. Ze zijn bijna zonder uitzondering te lang. Elke keer als ik het einde niet haal word ik bevestigd in mijn sluimerende vermoeden dat de sociale media mijn hoofd kapot hebben gemaakt (in plaats van een logischer conclusie: Correspondenten kunnen niet zo goed schrappen). Het geheel is overgoten met het bekende hautaine Rob Wijnberg-sausje: „Hier zou je je eigenlijk mee bezig moeten houden.” Schuur, schuur, schuur. Een abonnement op De Correspondent is vleesgeworden zelfhaat.
En er mist iets. Iets essentieels. Neem Rutger Bregman, een van de stercorrespondenten. Hij schrijft bijvoorbeeld dat iedereen een basisinkomen moet krijgen, omdat dat behalve ethische ook allerlei sociale en economische voordelen heeft. Of hij schrijft dat landsgrenzen een achterhaald concept zijn en alleen maar problemen opleveren. Ik voorspel dat Bregman ergens in de komende maanden een betoog zal houden voor het afschaffen van gevangenissen, omdat een gevangenisstraf criminelen alleen maar crimineler maakt en de afschrikwekkende werking niet bewezen is.
Het is slim. Het is stevig onderbouwd. En ik peins me suf over wat ik er tegen in kan brengen. Totdat ik me na een aantal dagen realiseer wat de belangrijkste tegenwerping is: het pure feit dat we er allemaal iets tegenin willen brengen. Dat het volk dit gewoonweg niet wil.
Dodelijk eenvoudig, maar dat is precies wat er mist. Het volk. Waarom kan je grenzen niet afschaffen? Omdat mensen hun groep willen afbakenen. Waarom willen we gevangenissen? Omdat wij willen dat slecht gedrag gestraft wordt. Waarom willen we geen basisinkomen voor iedereen? Omdat wij het onrechtvaardig vinden als mensen beloond worden voor niets.
De mens ontbreekt consequent in Bregmans idealen. Maar de mens accepteert alleen een autoriteit als hij zijn normen of waarden gerepresenteerd ziet. De mens wil rechtvaardigheid, ook als dat niet het beste resultaat oplevert. Bregmans slimme efficiënte bestuur kan alleen bestaan achter een heel hoog hek dat de woedende menigte tegenhoudt.
Dat mist er. Niet alleen in Bregmans schrijfsels maar in de hele Correspondent. De mens. Dat smerige, snuivende, agressieve, geile, verwarde, irrationele kuddedier, dat tot God bidt en gelijk wil krijgen. Rob Wijnberg en consorten lijken er een principepunt van te maken om de menselijke begeerte te negeren. De mens wil weten of de economie aantrekt, De Correspondent kraakt de manier waarop we de economie meten af. De mens wil weten op wie hij moet stemmen tijdens de volgende verkiezingen, De Correspondent legt uit waarom de verkiezingen afgeschaft moeten worden. De mens wil weten of het gaat regenen. Of de aandelen stijgen. Of Feyenoord gewonnen heeft. En De Correspondent zwijgt.
Ik herinnerde me laatst ineens een blog van Ernst-Jan Pfauth, uitgever van De Correspondent. Hij schreef over een ondernemer die elke ochtend de douche even heel koud zette. Hij wilde daarmee de verweking voorkomen en zichzelf helpen herinneren dat hij uit zijn comfort-zone moest stappen om succesvol te zijn.
Ernst-Jan vond deze zelfkastijding een inspirerend idee waar hij ook mee ging beginnen. Ik vraag me af hoelang hij dat vol heeft gehouden.