Namens wie spreekt Heerts nou? (09.3.2013 NRC Handelsblad)

Elke keer als de vakbond ten tonele verschijnt, slaat de verwarring toe.

Ene Ton Heerts zat bijvoorbeeld bij Pauw en Witteman. Ton Heerts ging niet toegeven op de lengte van de WW, en ook niet op de hoogte. Juist nu er zoveel ontslagen vallen, moeten we niet aan de WW morrelen, zo legde hij uit alsof dat een logisch zaak was. Dat was het eerste moment van verwarring. Als er veel ouderen zijn, versoberen we de AOW. Als er veel immigranten zijn, beperken we de toegang. Maar nu er veel werkeloosheid is, mag er niets gebeuren aan de WW? Dat begrijp ik niet.

Verder begreep ik ook niet helemaal wie Ton Heerts was, en wat hij precies had in te brengen. Ik leefde in de veronderstelling dat na het opstappen van Jongerius de vakbond door interne strijd was geïmplodeerd. Heerts bevestigde dat vermoeden in een interview: „Wientjes denkt dat wij er als vakbeweging nog zijn. Maar dat is een misverstand. We zíjn er voor een belangrijk deel niet meer.”

Dat was augustus 2012. Daarna is de vakbeweging blijkbaar op miraculeuze wijze uit de as herrezen. Een half jaar nadat de voorzitter zijn eigen bond als een rokende puinhoop beschrijft, schittert de vakbond aan de onderhandelingstafel als nooit tevoren in zijn onmogelijke conservatisme en onverzettelijkheid. De geheel vernieuwde ledenraad van de FNV heeft Ton Heerts géén toestemming gegeven om over hoogte en lengte van de WW te onderhandelen en ook niet over het ontslagrecht. Let wel, dat zijn zaken die alle werkende Nederlanders aangaan, niet alleen die 1 op de 7 die lid is van een vakbond.

En wie vertegenwoordigt Heerts dan in die onderhandelingen? Het zijn in ieder geval niet mijn generatiegenoten die vaak het wettelijk maximum van drie tijdelijke contracten krijgen (en voor een vierde contract even met een soort onbetaalde hybride ontslagvakantie moeten, zodat ze daarna weer op een tijdelijk contract verder kunnen). Het zijn ook niet de ZZP’ers die nooit reclame hoeven te maken voor hun zaak, omdat ze toch maar één klant hebben: hun voormalig werkgever die weigerde nog langer pensioenpremie te betalen. Het zijn ook niet al die mensen die op oproepbasis altijd beschikbaar moeten zijn, maar te weinig uren maken voor een vol inkomen.

Die hausse aan tijdelijke contracten vindt Heerts wel degelijk een probleem, althans dat beweert de FNV-baas bij Pauw&Witteman. Voor het gemak noemt hij niet dat die berg aan tijdelijke contracten een direct gevolg zijn van de bemoeizucht van de vakbond. Zij waren het die een woud aan bureaucratische rompslomp optuigden als een bedrijf van een werknemer af wil. Zij waren het die de duur van de WW tot een recordlengte en recordhoogte lieten stijgen, zodat het ontslaan van oudere werknemers een financiële catastrofe is geworden. De vakbond heeft de vaste werknemers zo’n luxe positie gegeven, dat vervolgens niemand meer een vaste werknemer wil. En alles lijkt erop dat die vakbond geen haar veranderd is. Want terwijl Heerts naar eigen zeggen graag iets wil doen aan de positie van de flexwerker, kondigt hij in dezelfde adem aan geen centimeter te willen wijken op duur en hoogte van de WW of het ontslagrecht. Onnavolgbaar, die man.

Maar toch speelt dit vastgeroeste stelletje nog steeds een grote rol. Dat is een bewuste keuze van dit kabinet. Die willen koste wat kost blijven polderen, ze blijven zoeken naar breed gedragen beleid ook al is duidelijk dat van breed draagvlak of eensgezindheid bij de vakbond in ieder geval geen sprake is. Mocht er een sociaal akkoord gesloten worden, dan is dat met een club die nauwelijks is opgestaan uit de dood, en die na de ondertekening waarschijnlijk spoedig opnieuw aan interne conflicten ten onder gaat. Dan kun je je afvragen met wie je dan precies een akkoord hebt gesloten.

Verder blijft die politieke hunkering naar extra draagvlak een opmerkelijke situatie. Rutte laat zich voortdurend gijzelen door partijen met minder mandaat en minder vertegenwoordiging dan zijn eigen kabinet: als het niet de Eerste Kamer is, dan de vakbond. Alsof onze premier telkens weer vergeet dat zijn coalitie dit keer wél een meerderheid in de samenleving heeft, en over meer dan voldoende echt democratisch draagvlak beschikt.

Ik zou zo graag weer eens een regering zien, die regeert. Zelf, zonder goedkeuring te vragen, zonder telkens over de schouder te kijken.

  1. Dit is precies wat ik me ook altijd afvraag bij de FNV. Heb ik trouwens ook bij woordvoerders van godsdiensten!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *