Ik heb de stemwijzer alvast maar ingevuld. En het Kieskompas. En de Stemmentracker. En dat ding van G500. Best leuk, zo’n overzichtelijke vragenlijst doorwerken. Bij sommige vragen sta ik voor ingewikkelde dilemma’s, maar dan klik ik gewoon het eerste aan wat in me opkomt. Je kan het toch niet fout doen. De test veroordeelt nooit. Als ik antwoord dat er wat mij betreft best nog wat megastallen bij mogen komen, is er geen popup-venster dat me uitscheldt voor DIERENBEUL. Ik mag gewoon vinden dat de JSF er moet komen, en dat we met 130 km/h moeten kunnen rijden, zonder dat er woedende Tweets en haatmails binnenstromen. De stemwijzer vindt alles best.
Dertig ingewikkelde vragen breek je je hoofd, doe je je best. Waarom? Omdat de stemwijzer niet alleen over politiek gaat, maar ook vooral over jou. Over jou oh zo unieke persoonlijkheid. En de ongemakkelijke waarheid: we hebben het uiteindelijk toch de hele dag het liefst over onszelf. Daarom vullen we al die stupide quizjes in tijdschriften in, die ons vertellen hoe gierig, romantisch of eerlijk wij zijn. Daarom willen we weten welke celebrity er het meest op ons lijkt. Welk nummer er op één stond in onze geboorteweek. Daarom staan er horoscopen in de bladen. Dat gaat allemaal over ons. En dan eens in de zoveel tijd is er een testje dat jou haarfijn uitlegt welke politieke partij het beste bij jou past. Het is nog intellectueel verantwoord ook. Gevolg: massa’s kiezers brengen ineens een enigszins geïnformeerde stem uit.
Er zijn veel mensen met kritiek op de Stemwijzer. Het zou allerlei nuances niet weergeven. Partijen weglaten. Het zou democratie té eenvoudig maken. Hun alternatief? Verkiezingsprogramma’s doorlezen. Alle 500 bladzijden aan verkiezingsprogramma’s. Oorlog & vrede aan politiek gebabbel, zonder eindschermpje met jouw superindividuele stemadvies.
Misschien mag volgens sommigen zo’n gewichtige zaak als democratie nooit te makkelijk worden.