Ik mis veel dingen aan Nederland, maar ik vond het pas echt jammer dat ik het septembernummer van Allerhande niet heb kunnen inkijken. Dat ging kennelijk over ‘het nieuwe eten’: over superfoods, poeders en zaden, over de geneeskrachtige werking van honing en over hoe je ahornsiroop kunt gebruiken om suiker te vervangen in recepten. Op de voorpagina prijkte de koningin van de kruidenvrouwtjes Rens Kroes, zelfbenoemd voedingsconsulente, die over een schier oneindige wijsheid beschikt over de heilzame werking van kruiden, zaden en bessen. In haar wereld werkt gember koortswerend en spirulina ‘ontgiftend’ en is het geheim van gezond leven vooral ‘puur’ eten en gevaarlijke ingrediënten als kleurstoffen, conserveermiddelen en koemelk vermijden. Helaas, deze gekkigheid was eenmalig. In oktober gaf het blad met gebogen hoofd toe dat er in ahornsiroop suiker zit en dat die ‘geneeskrachtige werking’ van honing een mythe is. In oktober stond er weer gewoon een recept voor zuurkoolschotel in de Allerhande.
Wie nooit hoeft te rectificeren is Rens Kroes. Die mag haar onzin met tienduizenden boeken tegelijk blijven verkopen aan het hongerige volk. Dat volk wiens obsessie met voedsel en gezondheid alleen maar lijkt toe te nemen; dat zich al rokend, zuipend en vretend afvraagt of dat kopje koffie slecht voor je is? Of koemelk mensen ziek maakt? Of brood? Dat vooral geïnteresseerd is hoe je het beste kunstmatige kleurstoffen en conserveermiddelen en genetisch gemodificeerde ingrediënten en zoetstoffen kunt vermijden.
In Amerika is het net zo erg. Hier trekken de mensen hun boodschappenwagens vol buikvet en diabetes langs het ontbijtgranenschap, waar je cruesli’s, muesli’s en havermouten aantreft zonder genetisch gemodificeerde ingrediënten en zonder transvetten en zonder e-nummers en met verlaagd sodiumgehalte. En dan kiest dat volk bijvoorbeeld Apple Cinnamon Cheerios, waar geen kunstmatige kleur- of smaakstoffen en zelfs geen gluten in zitten maar dat wel voor eenderde uit suiker bestaat.
Een mooi voorbeeld van hysterie voltrok zich in uw zakje M&M’s. M&M’s worden al 60 jaar lang gekleurd met azokleurstoffen: kunstmatige stofjes, gemaakt uit aardolie. Die kleurstoffen waren telkens weer onderwerp van massahysterie. Duizenden muizen, ratten, honden en varkens werden opgeofferd aan de toxiciteitsstudies waarin de dieren het equivalent van honderden zakken M&M’s aan kleurstof per dag te verstouwen kregen. Resultaat: de meeste azokleurstoffen werden veilig bevonden in de lage concentraties waarin ze worden gebruikt. Maar in 2007 verschijnt de Southamptonstudie waaruit blijkt dat kinderen die een drankje met de kleurstof drinken, licht, maar significant actiever zijn dan kinderen die een alternatief kregen. Dat had tot gevolg dat de Europese voedselautoriteit voortaan adviseert een gezondheidswaarschuwing op de verpakking te zetten. Reden voor moederbedrijf Mars om het Europese recept aan te passen. Daarom is de rode M&M in de VS gekleurd met Allura red (E129) maar zit in de Europese variant carmine: een stofje uit de verpoederde achterlichaampjes van luizen die op Zuid- Amerikaanse cactussen leven. De kleurstof tartrazine voor de oranje M&M’s werd in Europa vervangen door ß-8-carotenal. Grappig om te vermelden: ß-8-carotenal is een stofje uit het vitamine-A metabolisme. Klinkt supergezond en Rens Kroesachtig, maar toen een vergelijkbaar stofje als supplement aan tienduizenden Amerikaanse en Finse rokers werd gegeven om te kijken of het de kans op longkanker kon reduceren, bleek het het omgekeerde effect te hebben en meer longkanker en sterfte tot gevolg te hebben. Het zou kunnen dat de Southamptonstudie tot gevolg heeft gehad dat de Europese M&M’s nu gevaarlijker zijn dan de Amerikaanse variant. Maakt niet uit: het is de perceptie die telt. En de perceptie is dat natuurlijk altijd beter is.
Maar er is een belangrijker boodschap. En dat is dat kleurstoffen er helemaal niet toe doen. Dat het ridicuul is om je druk te maken over een kunstmatig kleurtje in een snoepje. Weet u wat er gebeurt als je een paar zakken M&M’s aan een testrat voert? Dan wordt hij ziek. Niet van de kleurstoffen, maar van de suiker. Na een paar dagen begint het basale bloedsuiker van een rat al te stijgen en raakt zijn lichaam immuun voor insuline, het voorstadium van diabetes. Het is misschien vervelend voor kruidenvrouwtjes en voor de gezondheidsgoeroes, maar uiteindelijk wordt de volksgezondheid niet bedreigd door aspartaam. We gaan niet dood aan kunstmatige kleurstoffen of aan genetische gemodificeerde ingrediënten. We gaan dood aan hyperbiologische, organische, natuurlijke stoffen zoals suiker, zout, vet, tabak en alcohol. Elke aandacht voor de rest is amusement. Misschien wel gevaarlijk amusement.