Ach, wat enig ouderwets. Protestpraktijken in het Maagdenhuis met veganistische maaltijd en een activistisch filmprogramma. Waarom dit studentenspeelkwartier? Er is iets verschrikkelijks aan de hand. De Universiteit van Amsterdam, dat rode bolwerk van weleer, lijkt zowaar een fabriek geworden. Het lijkt wel op een bedrijf. Of iets anders gruwelijk kapitalistisch. Nu zal het wel aan mij liggen, maar ik snap nog steeds niet waarom die fabrieksvergelijking zoveel afgrijzen oproept. Het doet mij denken aan efficiëntie, een gestroomlijnd proces, met hoge kwaliteit en kwantiteit. Nederland heeft collectief de wens uitgesproken om zoveel mogelijk mensen hoogopgeleid af te leveren tegen niet al te hoge kosten. Een beetje fabrieksdenken hoort daarbij.
De studenten zijn het er niet mee eens. Ze eisen democratie, inspraak en referenda. Alsof het een misdaad tegen de mensheid is als studenten niet over alles mogen meebeslissen. Ik heb het nooit helemaal begrepen: waarom moet een universiteit überhaupt democratisch zijn? Studenten blijven hooguit vijf jaar hangen, waarin ze voornamelijk aan de ontvangende kant van de universiteitsproductie zitten. In die vijf jaar eisen ze volledige inspraak in langdurige strategische projecten als huisvesting, budgettering en strategie. En dat terwijl hun studie, ook zonder studiefinanciering nog steeds voor meer dan de helft door de rest van Nederland wordt betaald. (Je kunt je ook afvragen waarom Henk en Ingrid eigenlijk niet mee mogen stemmen als er een verkiezing wordt georganiseerd voor het nieuwe College van Bestuur.)
Met alle respect: studenten zijn passanten, consumenten en steuntrekkers. Dat is niet erg, dat horen ze ook te zijn. Maar het getuigt van een zekere zelfoverschatting om het Maagdenhuis te bezetten als er iets gebeurt dat je niet bevalt.
En dan nog een gekke vraag: als de toon van het College van Bestuur niet bevalt, waarom ga je dan geen kleine talen studeren in Leiden? Daar staan ze echt te springen om meer studenten om hun eigen kleine talenstudies levensvatbaar te houden. Echt, het is maar een half uurtje met de trein. Je hebt er ook grachten en eeuwenoude universiteitsgebouwen. En om de reis hoef je je ook al geen zorgen te maken: je treinkaartje is volledig op kosten van de samenleving.
Laat maar, het is ondenkbaar. Studenten eisen de macht en de positie om alles wat het CvB verzint te kunnen blokkeren. Althans, de studenten in het Maagdenhuis eisen dat. De vraag is in hoeverre zij representatief zijn. Want als ik het goed heb was er in Amsterdam, en in de rest van Nederland, allang studenteninspraak. Een flink aantal weken per jaar was het verkiezingstijd op de faculteit. Ik herinner me vooral de koekjes en chocolaatjes tijdens de campagne. Die mocht je niet pakken als je promovendus was. Daar waren de studentenpartijen heel streng in.
De verkozen kandidaten mochten aanschuiven bij de besluitvorming. Ze kregen hoorrecht, adviesrecht of instemmingsrecht bij een breed scala aan onderwerpen. Toch was er nauwelijks animo voor die verkiezingen. Het was bijna net zo moeilijk om kandidaten te vinden als kiezers. Vorig jaar was de opkomst 20 procent. De bezetters van het Maagdenhuis mogen dan op luide toon roepen dat er meer referenda moeten komen en meer verkiezingen, maar in praktijk zijn studenten met geen stok naar de stembus te krijgen. Dan nog een laatste vraag: wordt de universiteit er beter van als studenten meer inspraak krijgen? Want het andere dat ik me herinner over de facultaire studentenraad is hoe conservatief ze waren. Twintigers die continue ‘nee’ tegen elk voorstel tot vooruitgang roepen. Nee tegen de verhuizing van FNWI naar het Science Park. Nee tegen de verhuizing van de faculteiten Gedragswetenschappen, Economie en Rechtsgeleerdheid naar het Roeterseiland. Nee tegen samenwerking met dat andere grote kennisinstituut van de stad. U kent het misschien: de Vrije Universiteit, een paar haltes met de metro naar het zuiden. Met hun eigen opleidingen, hun eigen onderzoek en hun eigen administratie. De studenten waren bang voor “grootschaligheid” en stemden tegen.
Ik denk dat de UvA met studenten aan het roer binnen de kortste keren een openlucht museum zou zijn geworden, versplinterd over tien locaties in de binnenstad, waar niet verbouwd mag worden omdat dat de rust verstoort. Afgezonderd van de VU, afgezonderd van de samenleving. Waar je als 18-jarige zonder enige verantwoording lekker met drie anderen in je eigen hokje Keltisch of Noors kan gaan studeren. En als iemand daar een probleem mee heeft, ga je lekker ouderwets, net als papa en mama, in het Maagdenhuis zitten. Ik denk dat het tijd is voor minder studenteninspraak.