Ja, Europa doet ertoe (19 april 2014)

Flits – weg was de Krim. In Rusland zijn ze het in ieder geval nog niet verleerd, een ordinair spelletje landjepik. De Krim was al niet eens meer onderdeel van de besprekingen in Genève. De annexatie werd als voldongen feit geaccepteerd.

Of er een nieuwe Koude Oorlog dreigt, weet niemand. Maar het is ouderwets ongezellig tussen het Westen en Rusland. Eén aspect van het machtsspel is aanzienlijk veranderd in de afgelopen vijfentwintig jaar: Rusland heeft geen verstrooid landschap van Europese ministaatjes meer voor de deur liggen. Ditmaal stelt Europa zich gezamenlijk op, als één Unie. En ja, natuurlijk kunt u nog eens hameren op de verdeeldheid in die Unie, hoe moeizaam het allemaal gaat, op de tegenstrijdige belangen van lidstaten, maar u kunt niet ontkennen dat de Hoge Vertegenwoordiger Catherine Ashton hier, in één van de belangrijkste internationale conflictsituatie sinds het verdrag van Maastricht, namens één Europa spreekt aan de onderhandelingstafel.

En het gaat verder dan alleen een gezamenlijke handtekening onder een akkoord. De belangrijkste reactie uit het Westen tot nu toe was economisch van aard. En de meest invloedrijke economische sancties komen van de EU, die de gezamenlijke markt nu echt effectief kan inzetten als wapen tegen Rusland. Dat is zonder historisch precedent. En het is niet de enige manier waarop Europa de markt als wapen inzet. Eind maart tekende de EU ook een akkoord voor verregaande samenwerking met de Oekraïne. Dat zijn uitermate ferme tikken die we uitdelen aan Rusland, en terecht.

De belangrijke les die we hier leren: Europa doet ertoe. Eerder vormden we alleen militair een blok, samen met de VS in de NAVO. Nu kunnen we ook met onze gezamenlijke markt Rusland echt pijn doen, zelfs zonder de Verenigde Staten. Dat is nieuw. En ik weet niet of het besef wel helemaal doordringt in alle lidstaten. Decennialang waren 27 lidstaten, met misschien drie uitzonderingen, kleine speelballen, met minimale invloed. Die tijd is voorbij. In de Oekraïnecrisis treedt Europa meer dan ooit op als één groot machtsblok.

De vraag is of we, bijvoorbeeld in Nederland, wel bereid zijn om ons ernaar te gedragen, om de verantwoordelijkheden te nemen die bij die grote rol komen kijken. Je kunt je bijvoorbeeld afvragen of we niet meer hadden moeten doen om te voorkomen dat Greenpeace het Russische boorplatform bestormde vorig jaar. Je kunt je afvragen of we voorzichtiger hadden moeten omspringen met de familiekwesties van de diplomaat Borodin, en het niet dom was om hem te arresteren. En misschien hadden we ook wel minder aandacht moeten besteden aan het relatief kleine voorval omtrent de punkband Pussy Riot. Niet omdat Pussy Riot onze steun niet verdiende, niet omdat Greenpeace niet mag demonstreren, of omdat de dronken mishandelingen van Borodin geen reden zouden zijn tot ingrijpen, maar omdat het allemaal incidenten zijn. Incidenten die leiden tot diplomatieke spanningen, tot bonje, tot ambassadeurs die op het matje worden geroepen. Het is spelen met vuur. Dat kon misschien tot een binnenbrandje leiden toen Nederland nog voornamelijk unilateraal opereerde.

Nu kan het een grote bosbrand veroorzaken. Nu kunnen die incidenten aanleiding zijn in een veel groter conflict tussen twee grote machtsblokken, met potentieel effect op 620 miljoen mensen in Rusland en de EU. Ik wil niet zeggen dat we niet meer de mensenrechten moeten bevorderen. Maar misschien moeten we het grommen naar elkaar beperken en onze tanden pas laten zien als Rusland echt een grens over gaat. Letterlijk.

Een andere consequentie van die nieuwe machtspositie van een verenigd Europa is dat we eigenlijk niet meer zonder functioneel leger kunnen. Als Groot-Europadenker kun je je het niet veroorloven om pacifistisch te zijn, gewoonweg omdat de andere machtsblokken wél bereid zijn om hun legermacht in te zetten. Deze Oekraïnecrisis is de zoveelste keer dat we in de afgelopen jaren een beroep doen op de NAVO. En nu zijn het zelfs de Oost-Europese bondgenoten die om meer troepen vragen. Let wel: diezelfde landen die in de afgelopen jaren, net als wijzelf, in rap tempo hun eigen leger zo ongeveer hebben wegbezuinigd. Het is van een onvoorstelbaar amateurisme om als Europa wel bereid te zijn je economische macht vijandelijk in te zetten, en als die onvrede daadwerkelijk tot een gewapend conflict leidt, opnieuw Amerika te moeten smeken om militaire steun.

Dat kan je niet maken. Een machtsblok moet zich realiseren wat het betekent om met vuur te spelen. En bereid zijn om de consequenties te dragen.

Comments are closed.