Vroeger was ik weleens bang dat de melodieën op zouden raken. Dat op een gegeven moment alle combinaties van noten al een keer gebruikt zouden zijn en er nooit meer een nieuw muziekstuk geschreven zou kunnen worden.
Ik was ook weleens bang dat de opinies opraken. Dat over een aantal jaar elke column is geschreven en niemand ooit nog iets nieuws vindt. En dat het dan stil wordt in Nederland.
Het zijn kinderangsten. Het wordt helemaal niet stiller in Nederland. Integendeel. Er lijkt alleen maar meer opinie bij te komen, meer berichten op fora, meer Tweets, blogs, columns en stukken. Persoonlijk ben ik verheugd over deze ontwikkeling. Ik ben dol op de clashes tussen wereldbeelden van mensen die in hetzelfde land naar dezelfde televisie kijken. Maar niet iedereen deelt mijn enthousiasme. Sommige mensen maken zich zorgen dat de feiten verloren gaan in de zee van opinie. Ze vinden dat de experts vaker aan het woord moeten zijn, en dat de leek dan even zijn mond moet houden. Daar kwam ook dit jaar het commentaar op mijn columns regelmatig op neer. “Als Rosanne eens wat meer zou lezen. Als ze zich eens wat meer zou verdiepen in de materie.”
Nu is het een slimme truc om de persoon met wie je van mening verschilt een gebrek aan kennis te verwijten. Maar er zit ook een kern van waarheid in. Want wat weet ik nou eigenlijk? Ik lees een beetje, luister Radio 1 journaal. En elke week typ ik weer een stukje over zaken waar ik maar een beetje verstand van heb: asielzoekersbeleid, abortus, de monetaire unie, inkomstenbelasting, armoede, de verkiezingen in de Verenigde Staten. Ik ben een exponent van die vermaledijde meningendemocratie. Ik vind gewoon telkens maar wat.
Nu gaat het een beroepskletser als ik voor de wind in zo’n meningendemocratie. Maar ook als ik me alleen aan de ontvangende kant van opinie zou begeven, zou ik het een slecht idee vinden om het debat over te laten aan experts. Er zitten namelijk grote nadelen aan het oordeel van experts. Ze vinden hun eigen vakgebied bijvoorbeeld altijd erg belangrijk. Kunstkenners zullen allemaal tegen rigoreuze bezuinigingen op het kunstbudget zijn. Natuurexperts vinden dat er meer geld naar natuur moet. Experts bij Unicef vinden dat er meer geld naar ontwikkelingshulp moet. “Hef mijn vakgebied op, wij zijn niet meer nodig”, is een zeldzame opinie onder experts, terwijl dat in sommige gevallen best een verdedigbaar besluit kan zijn.
Een ander voorbeeld is Coen Teulings, de cijfertjesman van het CPB, die ook deze week weer buitengewoon politieke en subjectieve conclusies verbond aan zijn nieuwste macro-economische vooruitzichten. Met al zijn kennis en kunde en ervaring pretendeert hij te weten wat het beste is voor Nederland, namelijk dat het kabinet niet extra moet bezuinigen. Ieder die tot een andere conclusie komt, zou eens moeten lezen wat Coen Teulings allemaal heeft gelezen, zo komt zo’n opmerking over. Ik geloof daar niet in. Begrotingspolitiek is -net als strafrecht en asielzoekersbeleid en ontwikkelingshulp en al die andere twistpunten- méér dan cijfers, het is meer dan kennis alleen. Het zijn ook buitengewoon politieke onderwerpen waarin je wereldbeeld, je rechtvaardigheidsgevoel en je overtuigingen een rol spelen. Belezen leken mogen, nee moeten zich in dat debat mengen. Coen Teulings zou juist wat terughoudender moeten zijn. Met zijn autoriteit kan het zomaar overkomen alsof één politieke partij het bij het rechte eind heeft, en de rest gewoon nog iets harder moet studeren op de cijfers om tot dezelfde verstandige beleidskeuzes te komen.
Nederlanders zouden zich niet moeten laten afschrikken door dat soort experts. Er zijn talloze debatten waar je je met een beetje algemene kennis en een paar uurtjes bijlezen, met gemak in kunt mengen. Dat hoop ik, dat steeds meer Nederlanders hardop lastige vragen durven stellen. De onzin, de drogargumenten en de extremisten filtert onze bullshit-detector er wel uit. Ik hoop helemaal niet dat de opiniestroom wordt getemperd. Integendeel, ik hoop dat we uitbarsten in een kakofonie van argumenten en stellingen en Tweets en iedereen zich vol enthousiasme in het debat mengt. Ik hoop dat het nooit stiller wordt in Nederland.